dinsdag 23 november 2010

Het dubbele onbegrip over cultuur

Ik was afgelopen week bij een borrel, en op een gegeven moment belandde het gesprek op de dubbele bezuinigingen in de culturele sector. Dat er bezuinigd moest worden, kon iedereen zich begrijpen. Maar waarom zo disproportioneel? Waarom moet het een kruistocht zijn? Waarom al die boosheid?
Hans van Mierlo antwoordde ooit eens tijdens een interview op een vraag: “Weet u, ik moet u eerlijk bekennen dat ik daar nog nooit over nagedacht heb. Zou het niet mooi zijn als men soms gewoon een dag over een vraag kon nadenken?” [1]
Ook dit waren geen vragen die men één-twee-drie beantwoordt. Wij kwamen er dan ook niet uit. Is het omdat ‘het volk’[2] kunst enkel als elitair beschouwt? Te weinig directe ervaringen met kunst heeft? De economische waarde niet wil zien? Of Is het omdat de culturele te arrogant is geweest?
Al deze verklaringen zijn de afgelopen weken in verschillende media naar voren gekomen en allemaal gingen ze over tafel. An sich zijn ze geen van allen voldoende om de kruistocht te verklaren, maar ze vormen waarschijnlijk wel allemaal een onderdeel voor de verklaring. Na een dag over deze vragen na te denken, wil ik er nog wel een onderdeel – dat vast ook al naar voren zal zijn gekomen, maar waar ik eigenlijk nog weinig over gehoord heb – toevoegen: het dubbele onbegrip over cultuur.
Het onbegrip komt van twee kanten en het komt vooral doordat ‘het volk’ een andere definitie geeft aan het begrip cultuur dan ‘de linkse elite’. Voor ‘het volk’ gaat cultuur vooral over tradities en symbolen: bijvoorbeeld Sinterklaas, de koningin (momenteel misschien even iets minder populair, maar dat trekt wel weer bij) en de vlag. Voor de ‘linkse elite’ gaat cultuur vooral om kunst en kennis: bijvoorbeeld Rembrandt, het Residentieorkest en onze archieven.
Beide groepen ontlenen een gedeelte van hun identiteit aan hun idee van cultuur, maar beide groepen lijken het belang van de cultuur van de ander niet te willen begrijpen. Niet alleen dat, het lijkt zelfs of beide groepen hun eigen idee van cultuur zover mogelijk willen verheffen boven het idee van cultuur van de ander.
Terwijl Wilders het meeste stampei maakt over ‘linkse hobby’s’ als kunst, roept hij ook het hardst dat wij onze ‘joods-christelijke’ cultuur tegen indringers moeten beschermen. Aan de andere kant schreeuwt progressief Nederland om cultuur, maar toen het CDA voorstelde om twee coupletten van het volkslied op te nemen in de inburgeringcursus schamperde het “symboolpolitiek “ en de discussie over dubbele paspoorten kan een beetje intellectueel amper serieus nemen.
Nu er na ruim twintig jaar eindelijk een rechtse regering aan de macht is, gedoogd door de koning van de ‘kunsthaters’, is het tijd voor payback. Het volk lijkt te zeggen: “jullie vonden onze cultuur niet belangrijk en hebben je daar slechts schoorvoetend voor ingezet – als jullie je er al voor inzetten. Nu zullen we eens laten zien wat wij van jullie cultuur vinden!”
Het is te hopen dat deze regering niet zoveel kapot maakt dat het jaren kost om alles weer op te bouwen, maar wat er ook gebeurt: als de ‘linkse elite’ haar ogen en oren sluit voor de cultuur van ‘het volk’ zal ze haar eigen cultuur niet zomaar terugkrijgen.  Tradities zijn misschien niet belangrijk genoeg om te behouden, maar is het afwaarderen ervan belangrijk genoeg om ‘het volk’ te vervreemden?


[1] Dit citaat is niet letterlijk, maar ik ben zeker dat de betekenis hetzelfde is.
[2] Ik gebruik de term ‘linkse elite’ omdat dit de gangbare term in het debat is voor de groep die de kunst wil beschermen, en de term ‘volk’ omdat deze groep tegenover die elite staat.

1 opmerking:

  1. Toch lijkt e.e.a. vooral rancune, aangezien Wilders aangaf geen enkel alternatief te steunen, vóórdat er een alternatief gepresenteerd werd. Dat bioscopen en cirucussen ontzien worden, versterkt dit idee...

    Hoe dan ook, het is tegelijkertijd ook een mooi moment voor de 'elitaire' kunsten om zich te bezinnen op hun positie en imago...

    BeantwoordenVerwijderen